Titicacameer (extended version)

7 augustus 2023 - Puno, Peru

Hebben jullie ons gemist? Ja? Nou, als goedmakertje komt hier dan een verslag over 2 dagen van een best wel speciale excursie... Laat de tv maar uit, daar hebben jullie nu geen tijd meer voor. 😁

Soms, hééél soms, raakt ook De Reislijder in de war. Of dat van de vele cocathee komt is gissen, maar niet onmogelijk. 🤪 Na de late aankomst vanuit Chivay gisteren had Astrid geen zin meer om te eten. René wel (kliko, weet je nog?). Even op zoek naar een snelle hap. De dichtsbijzijnde McDonalds is toch nog 171 km ver, dus niet zo'n goede optie. Dan maar de straat op en zien wat er te krijgen is. Een lokale Chinees lijkt hem wel wat, en voor € 3,50 scoort René kippensoep (in een plastic tas 😂) en gebakken rijst met zoetzuur varkensvlees. In een bak met bestek. Genoeg voor 2. Snel terug naar het hotel, want er moet nog een en ander opgeladen worden. Eerst de telefoon van René. Maar die kan hij nergens vinden. "O sh*t, die ligt vast nog bij die Chinees op het tafeltje waar ik gewacht heb", zegt René. Met spoed terug dus. Hij probeert te rennen, maar moet dat al na minder dan 50 meter opgeven; de ijle lucht slaat toe. Hij heeft geen vertaalapp bij zich, want die staat op die telefoon, maar uiteindelijk lukt het hem duidelijk te maken wat het probleem is. Lang verhaal iets minder lang: ze weten van niets. Balend terug naar het hotel. Nog maar eens zoeken. Blijkt die telefoon zich verstopt te hebben onder die tas soep... 🤦‍♂️ Paniek om niets, eten koud. Top René!

Zaterdag om 8 uur worden we opgehaald bij ons hotel door de volgende gids, Angel. Met een kleine groep stappen we in de haven van Puno op een boot en gaan we het Titicacameer op. Het Titicacameer is het hoogst gelegen meer ter wereld dat (commercieel) bevaarbaar is. Het ligt op de grens van Peru en Bolivia op een hoogte van 3812 m. Met een oppervlakte van 8340 km2 is het ook het grootste meer van Zuid-Amerika. Even lekker zwemmen is niet aanbevolen, want de temperatuur zal zo’n 9-10 graden zijn. De 25 riviertjes die in het meer uitmonden brengen licht zout water mee. Het meeste water verdampt weer, maar een klein gedeelte verlaat het meer via 1 rivier welke uitmondt op de zoutvlaktes van Uyuni in Bolivia. Daar verdampt al het water en blijft het zout achter.

Er liggen 41 “echte” eilanden in het meer, waarvan sommige dichtbevolkt zijn. Er liggen ook ongeveer 120 volledig van riet gemaakte eilanden in die plas, die bewoond worden door leden van de Uros-indianen. Bij een hoge waterstand drijven deze eilandjes, bij laag water rusten ze op de bodem van het ondiepe gedeelte van het meer. Als riet aan de onderkant van een eiland wegrot wordt er een nieuwe laag aan de bovenkant toegevoegd. Iedere 2 weken moet er wel een stuk van een eiland worden vervangen; in de regentijd vaker. Onze eerste stop is dan ook bij een van deze eilandjes. Deze met de hand gemaakte drijvende eilandjes zijn vervaardigd van totorariet, dat hier in grote hoeveelheden groeit, op een basis van turf. Een eiland is zo'n 3 meter dik. In een ver verleden werden de Uros-indianen onderdrukt door de oprukkende Inca’s. Door op de rieteilanden te gaan wonen konden ze zichzelf zo nodig in veiligheid brengen door de eilandjes verder het meer op te duwen. Tegenwoordig vullen de 300 Uros-indianen hun inkomen uit jagen en vissen aan met het vervoeren en ontvangen van toeristen, en met het verkopen van handwerk. Op een eiland wonen soms meerdere families en net als in het gewone leven zijn hier ook wel eens ruzies. Als die erg hoog oplopen zagen ze het eiland gewoon in tweeën! Probleem opgelost! 😲 We varen met een originele rietboot, geroeid door 2 vrouwen, naar het hoofdeiland. Een aantal mannen aan boord kan het blijkbaar niet aanzien dat die vrouwen het zware werk moeten doen en nemen het heft (= de peddels) in handen. Gelukkig dat de vrouwen dat na zo'n 10 minuten aanmodderen weer overnemen, anders hadden we nu ergens in Bolivia gelegen. 😎 Nu hebben we gelukkig een stempel van de Uros-eilanden in ons paspoort.

Door naar het volgende eiland, Amantaní, op twee en een half uur varen. Amantaní is een schilderachtig rotseiland. Het is slechts 15 km2 groot, maar toch leven er ongeveer 4000 mensen. Op de beide “bergtoppen” (Patchatata 4120 en Pachamama 4150 m hoog) staan oude ruïnes uit de pre-Incatijd. Op de terrassen rondom de heuvels worden graan, aardappelen en groenten verbouwd en ook wordt er vee gehouden. Aangezien (grote) machines niet toegestaan zijn op het eiland wordt alle landbouw met de hand gedaan. Elektriciteit is sporadisch aanwezig (via generatoren), maar er verschijnen nu ook steeds meer zonnepanelen. Na aankomst wordt de groep verdeeld over de gastgezinnen die "dienst" hebben. Wij gaan, samen met 2 oudere Argentijnse zussen en een jong Peruaans gezin van 3 met onze gastheer mee naar ons verblijf. Daarvoor moeten we zo'n 30 meter klimmen en dat voel je meteen! Ons onderkomen is back to basic. Een kamertje met 2 bedden en verder niets. Buiten (1 verdieping lager) 2 toiletten, maar zonder stromend water. Je moet zelf een bak water uit een ton vissen en daarmme het toileit spoelen. Uit betrouwbare bron kunnen we vertellen dat als je "nummer 2" gebruikt hebt het nog een hele toer is om dat gedrocht naar de eeuwige jachtvelden te sturen. 😂 We krijgen een lunch en vlak daarna brengt onze gastheer (Nicolas) ons naar het centrale plein (40 m klimmen, hijg, hijg). Om 16 uur start de optionele wandeling naar een van de twee (of allebei voor de die hards) tempels op het eiland (hierboven al genoemd) voor de zonsondergang. Beginnend in de zon is het nog lekker warm, maar dat zal snel veranderen. Berggeitje heeft zich nog niet echt uit kunnen leven deze vakantie, dus Pachatata is geen optie voor haar. Langzaam, maar gestaag beginnen we aan de klim van 270 m. Nog steeds veel drinkend in kleine slokjes zijn we in 53 minuten bij de tempel op 4150 m hoogte! Niet slecht voor 2 ouwe knarren. 😉 Het zicht op de ondergaande zon boven de omringende eilanden is prachtig. Zodra die weg is gauw naar beneden, want het koelt meteen sterk af en het wordt donker. Weer naar het centrale plein afgedwaald viert René de overwinning op deze berg met een echte Te Macho (heet water met verse eucalyptus, muña, coca en een scheut pisco). Astrid houdt het op de watjesversie zonder pisco. 😆 Nicolaas haalt ons op en we gaan voor het avondeten terug naar zijn huis.

We zijn er dan nog niet, want om 20 uur is het fiësta! We worden in traditionele kleding gehezen (onze Argentijnse en Peruaanse lotgenoten zijn te ziek en/of te oud om mee te doen) en we gaan weer met Nicolas terug naar een gebouw bij het plein. Hij moet wel met een lantaarn bijschijnen, want het eerste stuk is gewoon een rotspad. Anderhalf uur lang luisteren we naar de muziek en dansen we samen met de locals. Erg leuk om mee te maken, maar om half 10 zijn we toch echt wel aan wat slaap toe. Nicolas weer met ons mee; om 22 uur gaat het licht uit.

's Nachts naar de wc gaan leek ons wel een dingetje hier. Is het overdag nog 14-15 graden, 's nachts daalt het kwik tot iets onder het vriespunt.,en om dan die kou in te moeten... Maar het valt best mee. Het voelt lang niet zo koud als boven op de berg en er brandt een lampje op de patio. Goed te doen; er liggen in de ochtend geen diepvriesmensen onderaan de trap. Overigens: die 14-15 graden hier zullen een stuk beter aanvoelen dan die in Nederland, want hier schijnt de zon volop met UV-factor 10.

Zondag om 6:30 uur worden we geroepen voor het ontbijt. Wij delen onze ervaringen (en foto's) met de andere gasten, die alle 5 besluiten dag 2 van de excursie niet mee te maken en direct terug te keren naar Puno. De Peruanen hebben echt flink last van hoogteziekte (zware hoofdpijn en overgeven) en de 2 dames konden al bijna niet bij het verblijf komen, en vandaag moet er méér gelopen worden.

Enige stop vandaag is het eiland Taquile (niet Tequila (grapje van Angel)). Met 5,7 km2 is dit heuvelachtige eiland een stuk kleiner dan Amantani. Het hoogste punt is 4071 m en er wonen 2200 mensen. Tijdens de Spaanse overheersing diende het eiland als gevangenis; pas in 1970 werd het eigendom van de Taquile bevolking, mede dankzij de toenmalige president die zelf gevangen heeft gezeten op dat eiland. Het eiland staat bekend om zijn handwerk, dat van hele hoge kwaliteit is. Het zijn uitsluitend de mannen die zich bezighouden met breien; ze beginnen daar al op hun 8e mee. De vrouwen houden zich uitsluitend bezig met wol en weven. Vooral de chuyo hat (een wollen muts met oorflappen) is een bekend product van dit eiland. Mannen proberen indruk te maken op vrouwen door zo'n muts vol te laten lopen met water, en dan zover mogelijk te lopen zonder een druppel te verliezen. Verder krijgen we een demonstratie hoe je met de bladeren en takjes van de churro plant een wasje kan doen. Door ze eerst te vermalen op een steen (beetje water erbij), en goed te roeren en kneden, kan je het gebruiken om kleding mee te wassen. De demonstratie laat zien dat het echt werkt. Ook wordt het gebruikt als shampoo. 100% organisch! Na de lunch met Titicacaforel 😋 klimmen we naar het hoogste puntje om via een "trap" met 500 treden af te dalen naar de haven. Vóór we vertrekken kunnen 2 jongemannen het niet laten even een duik te nemen in het meer. De Reislijder beroept zich op zijn virusinfectie. 😅

Angel, tot dusver de beste gids die we gehad hebben, brengt ons keurig terug naar het hotel waar we om 15 uur aankomen. Uurtje rusten, even de Plaza de Armas en de kerk bekijken en dan een hapje eten bij Mojsa waar een specialiteit geserveerd wordt: cuya. Voor diegenen die een zwak hebben voor harige huidieren: meteen doorlezen bij de volgende alinea. Zijn jullie weg? OK, cuya is cavia. We hebben al cavia farmen gezien, maar nu zien we het gebraden eindresultaat. Best lekker, zit een beetje tussen kip en konijn in en is vetter dan je zou denken. When in Puno...

Gezondheidsupdate: Astrid heeft zo af en toe aanvallen van hoofdpijn, maar we associëren dat niet met hoogteziekte. Eerder met drukte, herrie, busvervoer en slaapgebrek. René heeft maar 2 dagen pillen tegen hoogteziekte geslikt. Wat dat betreft voelt hij zich prima en heeft hij (nog) geen enkele last van de hoogte. Maar we moeten nog hoger. Wel zit er nog steeds te veel slijm in neus en longen. Wordt steeds minder, maar toch. Dat duurt nu al 10 dagen en kost best wat energie. Maar hij klaagt niet hoor... hij heeft deze reis tenslotte zelf bedacht... 😎

Foto’s

3 Reacties

  1. Zus:
    7 augustus 2023
    Klinkt als een typisch gevalletje cocathee. Ik heb dat maar 1 keer gedronken, dus bij mij bleven de symptomen beperkt 🤣
  2. Yvonne:
    7 augustus 2023
    Jemig luitjes 😱 wat een prestatie dat jullie die wandelingen wél kunnen doen! En dat als inwoners van het superplatte Nederland! Zelfs die Peruanen zien de onderneming niet zitten! Petje af hoor 👌🏻🏆🥇🏆!!!
  3. Dirk:
    7 augustus 2023
    Welk draadje was nou voor de telefoon 😂